www.rupafin.nl

’Slecht nieuws voor allergenen’ meldt de website www.rupafin.nl. Wat is er aan de hand? Waarschijnlijk gaat het hierom: het nieuwe tweedegeneratie-antihistaminicum rupatadine (Rupafin®) dwarsboomt allergenen. Het verlicht symptomen bij zowel allergische rinitis als urticaria. Maar wat voor nieuws brengt rupatadine voor artsen en apothekers?
In een informatiefilm luidt deze claim: ’De unieke chemische structuur maakt een meervoudig effect op de allergische cascade mogelijk dankzij twee specifieke chemische groepen. De eerste, piperidinyl, werkt tegen histamine in de vroege fase van de allergische reactie. De tweede, lutidinyl, werkt tegen ’platelet-activating factor’ (PAF) en remt een aantal mechanismen dat tijdens de late fase de allergische cascade onderhoudt.’ Concrete verwijzingen naar wetenschappelijke literatuur of wetenschappelijk onderzoek ontbreken.
’Uniek’ is de chemische structuur, maar geldt dat ook voor de werking van rupatadine? De Commissie Farmaceutische Hulp van het College voor zorgverzekeringen vindt van niet. Zij komt tot de conclusie dat bij de behandeling van allergische rinitis en chronische urticaria rupatadine een gelijke therapeutische waarde heeft als andere tweedegeneratie-antihistaminica, zoals cetirizine (merkloos, Prevalin allerstop®, Reactine®, Zyrtec®), loratadine (merkloos, Allerfre®, Claritine®) en ebastine (Kestine®).1

Toegevoegde waarde. In Gebu 2012; 46: 29-31 is aandacht besteed aan rupatadine. Met rupatadine is veel minder ervaring opgedaan dan met andere antihistaminica. De kosten zijn hoger dan van de andere, generiek verkrijgbare antihistaminica. In tegenstelling tot de meeste andere middelen is rupatadine alleen beschikbaar als tablet. De verschillen met de al bestaande antihistaminica zijn ofwel onbekend of gering. Rupatadine is een middel zonder toegevoegde waarde.
Het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) heeft zich tot nu toe niet genoodzaakt gezien zijn NHG-Standaard ’Allergische en niet-allergische rhinitis’ aan te passen. Bij de medicamenteuze adviezen in deze Standaard ontbreekt rupatadine als voorbeeldgeneesmiddel.2 Wat betreft urticaria noemt het NHG als voorbeeld tabletten die weinig sufheid geven, zoals de reeds genoemde cetirizine en loratadine.3 Opnieuw geen rupatadine.

’Slecht nieuws voor allergenen’? Als artsen en apothekers de wetenschap volgen, lijkt de kans dat allergenen rupatadine tegenkomen, uiterst klein.


1. CFH-rapport Rupatadine (Rupafin®), via: www.cvz.nl, CFH-rapporten.
2. Sachs APE, et al. NHG-Standaard ’Allergische en niet-allergische rhinitis’. Huisarts Wet 2006; 49: 254-265.
3.NHG-Patiëntenbrief ’Netelroos’ [document op het internet]. Nederlands Huisartsen genootschap (NHG) 
http://nhg.artsennet.nl/kenniscentrum/k_voorlichting/NHGPatientenbrieven/NHGPatientenbrief/PBS3a.htm.

Auteurs

  • mw drs N.I.M. van Wetten