Achtergrond. Statinen hebben een plaats bij de primaire en secundaire preventie van cardiovasculaire incidenten. Als meest voorkomende bijwerkingen ziet men spierpijn en (omkeerbare) stijging van serumtransaminasen. Rabdomyolyse ofwel afbraak van spierweefsel is zeer zeldzaam. In een recent verschenen gerandomiseerd onderzoek (JUPITER) met rosuvastatine (Crestor®) werd een hogere kans op het ontstaan van diabetes mellitus gemeld (Gebu 2009; 43: 9-10), maar in andere onderzoeken met statinen werd dit niet gezien. Een nieuwe meta-analyse met een belangrijke Nederlandse bijdrage moet duidelijkheid brengen of dat zo is, en zo ja, of het om een klasseneffect gaat en of het gevolgen moet hebben voor de behandeladviezen. 1 2
Methode. In de meta-analyse werden gerandomiseerde onderzoeken opgenomen waarin de effecten van statinen werden vergeleken met placebo of geen behandeling. De onderzoeken moesten meer dan 1.000 patiënten hebben ingesloten, dezelfde cardiovasculaire ziekten als eindpunt hebben en langer dan een jaar hebben geduurd.
Resultaat. Er werden 13 onderzoeken gevonden met ruim 91.000 patiënten van wie 4.278 tijdens een behandelperiode van gemiddeld vier jaar diabetes mellitus kregen: 2.226 tijdens gebruik van een statine en 2.052 in de controlegroepen. De criteria voor het stellen van de diagnose in de onderzoeken liepen uiteen van één nuchtere bloedglucoseconcentratie =7,0 mmol/l tot twee van dergelijke bepalingen én gebruik van medicatie én bevestiging van de diagnose door een arts. Het resultaat duidt op een licht toegenomen risico (odds ratio OR 1,09 [95%BI=1,02-1,17]). In absolute zin betekent dat één extra geval van nieuwe diabetes mellitus per 255 patiënten (150-852) die gedurende vier jaar een statine gebruiken. Er was vooral sprake van een risicotoename bij personen ouder dan 60 jaar. Omdat er slechts een geringe statistische heterogeniteit was, is deze uitkomst waarschijnlijk geen toevalsvondst. Mogelijke vertekeningen van de uitkomsten, zoals door hogere overleving met statinen of door betere leefwijze bij placebo, achtten de onderzoekers onwaarschijnlijk. Alle onderzochte statinen waren in gelijke mate geassocieerd met het verhoogde risico, zodat er sprake lijkt te zijn van een klasseneffect.
Conclusie onderzoekers. Behandeling met statinen is geassocieerd met een licht toegenomen risico op diabetes mellitus. Dat is echter gering vergeleken met de (berekende) vermindering van het aantal cardiovasculaire incidenten, ongeveer in een verhouding van één op negen.
Plaatsbepaling
Statinen verminderen de kans op cardiovasculaire incidenten, maar verhogen in geringe mate het risico op het ontstaan van diabetes mellitus. Men moet zich door deze nieuwe bijwerking niet laten weerhouden personen met een matig of sterk verhoogd cardiovasculair risico met een statine te behandelen. Wel moet men terughoudend zijn met het voorschrijven ervan bij patiënten met een laag risico of bij patiëntencategorieën bij wie nog geen baat is bewezen.
Literatuurreferenties
1. Sattar N, et al. Statins and risk of incident diabetes: a collaborative meta-analysis of randomised statin trials. Lancet 2010; 375: 735-742.
2. Cannon CP. Balancing the benefits of statins versus a new risk-diabetes. Lancet 2010; 375: 700-701.