Achtergrond. Het thiazolidinedionderivaat rosiglitazon (Avandia®) is in 2000 in de handel gebracht met de claim dat het het risico op cardiovasculaire aandoeningen bij patiënten met diabetes mellitus zou verminderen. In 2007 is met een meta-analyse aannemelijk gemaakt dat dit orale bloedglucoseverlagende middel het risico op myocardinfarct verhoogt (Gebu 2007; 41: 105-112). In gerandomiseerde onderzoeken die daarna volgden, is dat verhoogde risico meermalen bevestigd. Bij publicaties over rosiglitazon is recent gebleken dat financiële belangenverstrengelingen van de auteurs een sterke associatie vertonen met positieve uitspraken over het middel (Gebu 2010; 44: 95-96). De registratieautoriteiten hebben de indicatie van het middel steeds verder ingeperkt, maar het niet uit de handel genomen. De auteurs van bovengenoemde meta-analyse hebben recent opnieuw een meta-analyse verricht.1
Methode. Er werd een systematisch literatuuroverzicht samengesteld van gerandomiseerde onderzoeken met rosiglitazon met een duur van ten minste 24 weken, waarin gegevens over het effect op myocardinfarct en overlijden door cardiovasculaire oorzaken waren opgenomen. De resultaten werden berekend op basis van een ‘fixed-effectsmodel’. De onderzoekers analyseerden de uitkomsten met en zonder het ‘Rosiglitazone Evaluated for Cardiac Outcomes and Regulation of glykemia in Diabetes’ (RECORD)-onderzoek, aangezien dit onderzoek meerdere methodologische beperkingen kende die de betrouwbaarheid ervan in twijfel trokken (Gebu 2010; 44: 7-8).
Resultaat. In totaal werden 56 onderzoeken met 35.531 personen opgenomen in de meta-analyse. De resultaten toonden dat behandeling met rosiglitazon het risico op myocardinfarct significant verhoogde (odds ratio OR 1,28 [95%BI=1,02-1,63]), maar het risico op overlijden door cardiovasculaire oorzaken niet. Als het RECORD-onderzoek buiten beschouwing werd gelaten, werden overeenkomstige resultaten verkregen behoudens een uitgesprokener risico op myocardinfarct (OR 1,36 [1,02-1,89]).
Conclusie onderzoekers. Ruim tien jaar na de introductie van rosiglitazon op de markt, blijven de gerandomiseerde onderzoeken een verhoogd risico op myocardinfarct tonen, ofschoon niet voor cardiovasculair overlijden of overlijden ongeacht de oorzaak. De huidige bevindingen suggereren een ongunstige balans van werkzaamheid en bijwerkingen van rosiglitazon.
Plaatsbepaling
In 2007 heeft een adviescommissie van de Amerikaanse registratieautoriteit Food and Drug Administration (FDA) geconcludeerd dat rosiglitazon het risico op myocardinfarct verhoogt (Gebu 2007; 41: 105-112). Er volgde geen advies om het middel van de markt te halen. In oktober 2007 is er in het Geneesmiddelenbulletin voor gepleit om rosiglitazon niet meer voor te schrijven, en in januari 2008 heeft het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) geadviseerd het gebruik van rosiglitazon te stoppen (www.nhg.org). In 2009 heeft de ‘American Diabetes Association’ en de ‘European Association for the Study of Diabetes’ aanbevolen het middel niet te gebruiken. Rosiglitazon blijft echter in de handel en men blijft het promoten. De huidige meta-analyse draagt wederom bij aan hernieuwde aandacht voor rosiglitazon. De auteurs stellen vast dat het voorschrijven van rosiglitazon om de bloedglucoseconcentratie te verlagen moeilijk is te rechtvaardigen, aangezien aan het gebruik van rosiglitazon geen voordelen op harde eindpunten zijn verbonden.1 Voorts verhoogt het middel het risico op hartinfarcten en zijn er voldoende alternatieven.
In de rubriek Registratienieuws van dit nummer (pag. 130) is aangegeven dat de recente gegevens voor de Europese registratieautoriteit aanleiding waren de handelsvergunning van rosiglitazon te schorsen en voor de Amerikaanse om de indicatie verder in te perken.