In het kort Artikel

Levomepromazine in de palliatieve setting


Levomepromazine wordt sinds begin 2022 vergoed voor gebruik bij palliatieve sedatie en bij misselijkheid en braken in de palliatieve setting. Ondanks het ontbreken van voldoende bewijs voor de effectiviteit is levomepromazine op basis van ervaring en consensus opgenomen in de richtlijnen voor palliatieve zorg. In dit artikel wordt een overzicht gegeven van het weinige onderzoek dat is gedaan naar het gebruik van levomepromazine in de palliatieve setting. Is de opname van levomepromazine in de richtlijnen terecht?

Wat is het standpunt van het Ge-Bu?
  • Er is veel ervaring opgedaan met het gebruik van levomepromazine bij palliatieve sedatie en bij misselijkheid en braken in de palliatieve setting.
  • Bewijs uit onderzoek voor de effectiviteit van levomepromazine bij palliatieve sedatie of misselijkheid en braken in de palliatieve setting ontbreekt. Aan het effect liggen echter plausibele farmacologische mechanismen ten grondslag.
  • Gezien de omstandigheden waarin levomepromazine wordt toegepast, lijkt opname in de richtlijnen gerechtvaardigd, als alternatieve behandeling na falen van de eerste- en tweedekeuzemiddelen.

Het voorheen als antipsychoticum gebruikte levomepromazine wordt tegenwoordig off-label gebruikt als derde keus bij braken en misselijkheid in de palliatieve setting, en als aanvulling op midazolam bij palliatieve sedatie. Deze plaats in de behandeling is mede gebaseerd op de lage kosten en een gunstig werkings- en bijwerkingenprofiel. Levomepromazine werd echter tot voor kort niet vergoed, waardoor de nabestaanden van de patiënt na het overlijden vaak een rekening ontvingen. Vanaf 1 januari 2022 wordt levomepromazine in de palliatieve setting vergoed als de eerstekeuzemiddelen onvoldoende effectief zijn.1

Richtlijnen voor de palliatieve setting

In Nederland overlijden elk jaar in totaal ongeveer 150.000 mensen, en bij circa 18% van hen wordt een vorm van palliatieve sedatie toegepast.2 Vaak is er in deze laatste levensfase behoefte aan symptoomverlichting en is voldoende diepe sedatie nodig om ernstig ongemak te voorkomen. Ook bij patiënten die in de terminale fase last krijgen van misselijkheid en braken is symptoomverlichting gewenst. Als de standaardmedicatie onvoldoende effectief is, wordt er in de praktijk levomepromazine gegeven. Een toegevoegd voordeel is dat levomepromazine zowel als sedativum als anti-emeticum werkt, en dus twee symptomen tegelijk behandelt.

Misselijkheid en braken

De eerste farmacologische stap bij misselijkheid en/of braken in de palliatieve setting bestaat uit metoclopramide, domperidon of haloperidol.3 Bij uitblijven van effect wordt dexamethason als tweede stap vermeld. Levomepromazine wordt overwogen als derde keuze bij misselijkheid en/of braken. Alternatieven zijn olanzapine of de serotonine (5HT3)-antagonisten ondansetron of granisetron. De injectievloeistof van olanzapine is echter duur. Serotonineantagonisten veroorzaken vaker obstipatie dan levomepromazine en moeten volgens de richtlijn in combinatie met dexamethason worden gegeven. De middelen uit deze groep worden wel vergoed, maar zijn aanzienlijk duurder bij intraveneuze of subcutane toediening. De kosten en het bijwerkingenprofiel van levomepromazine zijn een voordeel.

Palliatieve sedatie

Bij palliatieve sedatie wordt gewoonlijk midazolam als eerste, eveneens off-label-keuze ingezet in een maximum dosering van 20 mg per uur. Bij onvoldoende sedatie of bij refractaire symptomen zoals braken, delier en pijn, kan daar als tweede stap levomepromazine aan worden toegevoegd. Levomepromazine wordt ingezet vanwege de bewustzijnsverlagende werking. Een voordeel is dat dit geneesmiddel door de lange halfwaardetijd als bolusinjectie kan worden gegeven. Bij acute pijn of dyspnoe is morfine een betere keus dan levomepromazine.4


Effectiviteit bij misselijkheid en braken

Niet-gecontroleerde onderzoeken

Er is slechts weinig onderzoek gedaan naar de effectiviteit van levomepromazine bij braken en misselijkheid bij in de palliatieve fase. Een systematische review in 2015 naar de effectiviteit van levomepromazine bij misselijkheid en braken in de palliatieve setting vond geen enkele geschikte gerandomiseerde studie.5 Er was slechts bewijs van lage kwaliteit beschikbaar uit open-label-studies zonder controlegroep. In de review wordt geconcludeerd dat er consensus bestaat dat levomepromazine een voordelig effect heeft op misselijkheid en braken zonder dat er bewijs van hoge kwaliteit voor is. 

Daarnaast zijn er twee ongecontroleerde prospectieve studies gedaan waarin patiënten in de palliatieve setting levomepromazine kregen tegen misselijkheid en braken.6,7 Deze studies waren minder goed bruikbaar doordat ze onder meer verschilden in de onderzochte dosering. Bovendien geven ongecontroleerde studies minder robuust bewijs dan gerandomiseerd onderzoek. Toch concludeerden de auteurs dat levomepromazine mogelijk effectief was als anti-emeticum. In de eerste studie werd aan patiënten gevraagd de misselijkheid in te delen met een cijfer van 1 tot 10. Hoe hoger het cijfer, hoe ernstiger de klachten. Bij 70 patiënten werd na 2 dagen levomepromazinegebruik een verbetering gezien van 8 naar 1. Daarnaast zagen de onderzoekers dat braken bij 92% van de patiënten was gestopt.6 In het tweede onderzoek werd een verbetering van misselijkheid en braken gezien bij respectievelijk 62% (33/53) en 58% (20/34) van de patiënten op dag 2 en 5 van de behandeling met levomepromazine.7

Gerandomiseerd onderzoek

Na de publicatie van de systematische review is een gerandomiseerd onderzoek gepubliceerd. In dit onderzoek werd de effectiviteit vergeleken van 1,5 mg haloperidol en 6,25 mg levomepromazine (1 tot 2 maal per dag) tegen misselijkheid en braken bij de palliatieve behandeling van oncologische patiënten. In totaal 116 patiënten werden gerandomiseerd naar een placebogroep (59 pat.) en een levomepromazinegroep (57 pat.). De onderzoekers vonden geen significant verschil tussen beide groepen. Op 72 uur na de start was het aantal patiënten met een subjectief effect op de behandeling 75% en 63% voor respectievelijk haloperidol en levomepromazine. Een effect werd omschreven als een subjectieve daling van de misselijkheidsscore van 2 punten op een schaal van 1 tot 10. Er was niet significant meer slaperigheid in de levomepromazinegroep (20,4% tegenover 11,5%).8

Effectiviteit bij sedatie

In 2013 is een systematische review gepubliceerd waarin evenmin gerandomiseerde studies konden worden geïncludeerd.9 In retrospectieve cohortstudies en vragenlijststudies werd enige effectiviteit van levomepromazine bij sedatie gevonden, maar veel studies gebruikten subjectieve uitkomstmaten en in geen enkele studie werd een controlegroep meegenomen. In de meeste studies werd levomepromazine alleen als additionele therapie bij midazolam toegepast.


Aangezien levomepromazine al vanaf 1957 internationaal in de handel is, zijn de bijwerkingen goed bekend. Het Informatorium Medicamentorum van de KNMP meldt de volgende bijwerkingen bij meer dan 10% van de mensen: misselijkheid en braken, droge mond, slaperigheid en tachycardie. Bij 1 tot 10% van de mensen wordt somnolentie, hypertonie, verlenging van de QT-tijd en tachycardie, orthostase, leukopenie, galactorroe en gewichtstoename omschreven.10 Misselijkheid en braken staan gemeld als frequente bijwerking, terwijl het dit juist ook als toepassing heeft. Bij de behandeling misselijkheid en braken wordt echter een lagere dosering gegeven, waardoor er minder bijwerkingen worden verwacht.

Levomepromazine kan anticholinerge, sederende, en QT-tijd verlengende effecten van andere middelen versterken. Gelijktijdige inname met antacida kan de gastro-intestinale absorptie van levomepromazine verminderen, en enkele zorgen voor een sterke remming van het CYP2D6-enzym.10


Geregistreerde indicatie levomepromazine

Levomepromazine is een fenothiazinederivaat met een antipsychotische, analgetische en sterk sederende werking. Het geneesmiddel is sinds 1957 geregistreerd en beschikbaar op de internationale markt. Levomepromazine werd wegens een gebrek aan bewijs van werkzaamheid sinds 1996 niet meer vergoed.11 In de afgelopen jaren is er slechts weinig onderzoek gedaan naar de effectiviteit. De officiële geregistreerde indicatie op dit moment is ‘Matige tot ernstige pijn bij niet-ambulante patiënten’.12 

Wat is palliatieve sedatie?

Volgens de richtlijn van het Nederlandse Huisartsen Genootschap (NHG) is palliatieve sedatie het opzettelijk verlagen van het bewustzijn in de laatste levensfase met als doel het lijden van de patiënt te verlichten.4 Palliatieve sedatie wordt ingezet om (ondraaglijk) lijden te verlichten tot aan het einde van het leven. Er worden drie vormen van palliatieve sedatie onderscheiden: intermitterend, ter overbrugging van een bepaalde tijd of fase, continu tot aan het overlijden indien dit wordt verwacht binnen twee weken, en acuut bij snel ontstane klachten waaraan de patiënt op korte termijn (uren) zal komen te overlijden. De sedatie wordt getitreerd tot een niveau waarbij het lijden voldoende wordt verlicht. Bij refractaire klachten zoals onrust, angst of pijn in deze fase wordt er vaak voor gekozen om de sedatie verder te verdiepen.

Er zijn geen exacte gegevens bekend over hoe vaak palliatieve sedatie wordt toegepast, maar er is een toenemende trend te zien over de jaren. Jaarlijks overlijden er ongeveer 150.000 personen. In 2015 werd palliatieve sedatie toegepast bij 18% van de sterfgevallen.3 Naar verwachting van het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) is bij ongeveer 25% van de terminale patiënten palliatieve sedatie geïndiceerd.

Werkingsmechanisme

De anti-emetische werking ontstaat onder meer door blokkade van de D2- en 5HT-receptoren in de chemoreceptortriggerzone en het braakcentrum. Het sederend effect door blokkade van de centrale H1- en α-receptoren. Daarnaast heeft het een sterk anticholinerge werking.13,14 

Levomepromazine kan zowel oraal, buccaal, subcutaan, intramusculair als intraveneus worden toegediend. De tijd tot maximale concentratie is 1 tot 4 uur na orale toediening, en 30 tot 90 minuten na intramusculaire injectie. De biologische beschikbaarheid is 50% bij orale inname. Het heeft een lange halfwaardetijd tussen de 15 en 78 uur, en wordt voor een groot deel gemetaboliseerd en uitgescheiden via de urine en ontlasting.


Indicatie

Geneesmiddel

Dosering*

Misselijkheid en braken in de palliatieve setting
(na falen eerdere medicatie)

levomepromazine

voor de nacht: 1 maal per dag 6,25 tot 12,5 mg, maximaal 25 mg/dag (oraal)

2,5 mg per keer, maximaal 25 mg per dag (injectievloeistof buccaal)

3,12 mg, tot maximaal 12,5 mg/dag (subcutaan)

 

olanzapine

1 tot 2 maal per dag 5 mg (oraal)

 

ondansetron (in combinatie met dexamethason)

2 maal per dag 8 mg (oraal)

1 maal per dag 16 mg (rectaal)

1 maal per dag 8 mg (intraveneus)

16 mg/24 uur (continue infusie intraveneus of subcutaan)

 

granisetron (in combinatie met dexamethason)

2 maal per dag 1 mg (oraal)

1 tot 3 maal per dag 3 mg (intraveneus)

 

dexamethason

1 maal per dag  4 tot 8 mg (oraal, subcutaan of intraveneus)

Continue palliatieve sedatie


levomepromazine (in combinatie met midazolam)

variërend van 2 maal per dag 25 mg (na een oplaaddosis) tot maximaal 300 mg per dag. Bij stabilisatie dosis met 25% afbouwen (subcutaan/intraveneus)

 

midazolam

1,5 mg tot 20 mg/uur

(afhankelijk van de gewenste toedieningswijze)

*Zoals vermeld in het Informatorium Medicamentorum van de KNMP en op Pallialine10,3,4

Onderzoekdetails

Levomepromazine vs. haloperidol8
Opzet: gerandomiseerd dubbelblind onderzoek uitgevoerd in 11 centra in Australië
Insluitingscriteria: volwassenen (>18 jaar) met kanker en een misselijkheidsscore ≥3 (NRS), welke orale medicatie konden verdragen
Belangrijke uitsluitingscriteria: acute misselijkheid, misselijkheid waarvoor een specifiek anti-emeticum moest worden gebruikt, gebruik van glucocorticoïd in de afgelopen 72 uur
Interventie: oraal levomepromazine 6,25 mg of haloperidol 1,5 mg 1 tot 2 maal per dag gedurende 3 dagen. Doorbraakmedicatie van metoclopramide of domperidon
Primair(e) eindpunt(en) en looptijd: 2 of meer punten reductie in misselijkheidsscore na 72 uur
Beoogd patiëntenaantal en power: 63 patiënten in beide groepen, met een uitvalspercentage van 20%. Hierdoor zouden er 50 patiënten in beide groepen moeten zijn om een absoluut verschil van 25% aan te kunnen tonen
Randomisatie: computergestuurd in een 1:1 ratio met willekeurige blokken van 2 of 4
Blindering: dubbelblind, medicatie werd verwerkt in ondoorzichtige capsules met hetzelfde uiterlijk
Geanalyseerde populatie: intention-to-treat
Aantal ingesloten patiënten en patiëntenkenmerken: tussen maart 2015 en februari 2017 werden 59 in de controle-arm en 57 in de interventie-arm geïncludeerd
Trialregistratie: ANZCTR ACTRN12615000177550
Financiering: Australian Government’s National Health and Medical Research Council
Belangenverstrengeling: geen van de auteurs
Cochrane review5
Opzet: systematisch literatuuronderzoek en meta-analyse
Primair(e) eindpunt(en): door de patiënt gerapporteerde ernst van misselijkheid, ernst van braken en verlichting van symptomen van misselijkheid en braken
Insluitingscriteria: gerandomiseerde gecontroleerde studies met levomepromazine als palliatieve medicatie tegen misselijkheid en/of braken, bij volwassenen 
Belangrijke uitsluitingscriteria: verklaarbare klachten (zwangerschap, chirurgie, of chemotherapie)
Aantal geanalyseerde artikelen: 421 abstracts, waarna 8 werden bekeken voor inclusie. Uiteindelijk werden alle studies uitgesloten    
Aantal patiënten: 0
Kwaliteitsnormen toegepast: Cochrane kwaliteitsnormen
Methoden vaststellen risico op bias: Cochrane risk of bias tool 
Beperkingen genoemd door auteurs: geen gerandomiseerde studies gevonden voor de analyse
Financiering: geen
Belangenverstrengeling: geen van de auteurs
Systematische review9
Opzet: systematisch literatuuronderzoek
Primair(e) eindpunt(en): effectiviteit voor het gebruik van levomepromazine voor de behandeling bij palliatieve patiënten
Insluitingscriteria: gerandomiseerde of cohortonderzoeken, case-series of -reports die de palliatieve behandeling met levomepromazine bij volwassenen onderzochten
Belangrijke uitsluitingscriteria: niet-systematische reviews
Aantal geanalyseerde artikelen: 386 abstracts. 302 werden uitgesloten op basis van abstract en titel. Van de 84 overgebleven artikelen werden er 51 verwijderd omdat ze niet aan de inclusiecriteria voldeden of er geen gegevens kon worden geëxtraheerd. Er bleven 33 artikelen over, waarvan 9 reviews  Aantal patiënten: 615 
Kwaliteitsnormen toegepast: volgens PRISMA en STROBE
Methoden vaststellen risico op bias: geen
Beperkingen genoemd door auteurs: geen gerandomiseerde studies gevonden, geen bewijs van hoge kwaliteit, geen risico op bias methode gebruikt wegens lage kwaliteit van de studies
Financiering: geen
Belangenverstrengeling: geen

  1. Bijlage 2 Regeling zorgverzekering, geldend vanaf 12-10-2022. Via: https://wetten.overheid.nl/BWBR0018715/2022-10-12/. Geraadpleegd op 31-10-2022
  2. IKNL. Kerncijfers palliatieve zorg. Laatst geactualiseerd 07-10-2022. Via: https://palliaweb.nl/onderzoek/kerncijfers-palliatieve-zorg. Geraadpleegd op 31-10-2022.
  3. IKNL. Richtlijn Misselijkheid en braken in de palliatieve fase. 16-06-2014. Via: https://palliaweb.nl/richtlijnen-palliatieve-zorg/richtlijn/misselijkheid-braken. Geraadpleegd op 25-10-2022.
  4. NHG. Richtlijn Palliatieve sedatie, 16-06-2022. Via: https://palliaweb.nl/richtlijnen-palliatieve-zorg/richtlijn/palliatieve-sedatie. Geraadpleegd op 25-10-2022.
  5. Cox L, Darvill E, Dorman S. Levomepromazine for nausea and vomiting in palliative care. Cochrane Database Syst Rev. 2015 Nov 2;2015(11):CD009420. doi: 10.1002/14651858.CD009420.pub3. PMID: 26524693; PMCID: PMC6481825.
  6. Eisenchlas JH, Garrigue N, Junin M, De Simone GG. Low-dose levomepromazine in refractory emesis in advanced cancer patients: an open-label study. Palliat Med. 2005 Jan;19(1):71-5. doi: 10.1191/0269216305pm972oa. PMID: 15690871.
  7. Kennett A, Hardy J, Shah S, A'Hern R. An open study of methotrimeprazine in the management of nausea and vomiting in patients with advanced cancer. Support Care Cancer. 2005 Sep;13(9):715-21. doi: 10.1007/s00520-004-0768-1. Epub 2005 Feb 8. PMID: 15700129.
  8. Hardy JR, Skerman H, Philip J, Good P, Currow DC, Mitchell G, Yates P. Methotrimeprazine versus haloperidol in palliative care patients with cancer-related nausea: a randomised, double-blind controlled trial. BMJ Open. 2019 Sep 12;9(9):e029942. doi: 10.1136/bmjopen-2019-029942. PMID: 31515428; PMCID: PMC6747674.
  9. Dietz I, Schmitz A, Lampey I, Schulz C. Evidence for the use of Levomepromazine for symptom control in the palliative care setting: a systematic review. BMC Palliat Care. 2013 Jan 19;12:2. doi: 10.1186/1472-684X-12-2. PMID: 23331515; PMCID: PMC3602665.
  10. Informatorium Medicamentorum. Den Haag: KNMP, 2022. Via: https://kennisbank.knmp.nl/login?destination=. Geraadpleegd op 31-10-2022.
  11. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Wijziging Regeling farmaceutische hulp 1996 i.v.m. beperking van de aanspraak op geneesmiddelen. Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden 05-03-1996. Via: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-1996-46-p10-SC5369.html. Geraadpleegd op 31-10-2022.
  12. Productinformatie Nozinan®. Via: www.geneesmiddeleninformatiebank.nl. Geraadpleegd op 31-10-2022.
  13. Lal S, Nair NP, Cecyre D, Quirion R. Levomepromazine receptor binding profile in human brain--implications for treatment-resistant schizophrenia. Acta Psychiatr Scand. 1993 Jun;87(6):380-3. doi: 10.1111/j.1600-0447.1993.tb03391.x. PMID: 8395131.
  14. Hals PA, Hall H, Dahl SG. Muscarinic cholinergic and histamine H1 receptor binding of phenothiazine drug metabolites. Life Sci. 1988;43(5):405-12. doi: 10.1016/0024-3205(88)90519-x. PMID: 2899826.

Auteurs

  • Tim Ewoldt, arts-onderzoeker