In deze rubriek worden geneesmiddelen besproken, kort nadat ze in de handel zijn gebracht. De plaatsbepaling kan meestal slechts voorlopig zijn omdat nog relatief weinig bekend is over de veiligheid en effectiviteit. Wanneer nieuwe gegevens daartoe aanleiding geven, komen wij op de eerste bespreking terug.
De pictogrammen betekenen: + +: een belangrijke uitbreiding van het farmacotherapeutisch arsenaal, +: een nuttig product, + -: een product met twijfelachtig nut, of een product waarvan de waarde nog niet goed kan worden beoordeeld, -: een product zonder toegevoegde waarde, - -: een product met extra risico's dat niets toevoegt aan de behandelingsmogelijkheden.
De prijzen zijn berekend aan de hand van de G-standaard van de Z-Index september 2001, vergoedingsprijzen excl. BTW.
Levetiracetam
Keppra® (UCB Pharma BV)
Tablet 250, 500 en 1000 mg
anti-epilepticum
Levetiracetam is geregistreerd 'voor de toegevoegde behandeling van partiële aanvallen met of zonder secundaire generalisatie bij volwassen patiënten met epilepsie'.1 Voor deze indicatie zijn in Nederland eveneens vigabatrine (Gebu 1992; 26: 11-13), lamotrigine (Gebu 1997; 31: 7-8), topiramaat (Gebu 1999; 33: 98-99) en gabapentine (Gebu 2000; 34: 98) geregistreerd. Vanwege het ontstaan van gezichtsvelddefecten is de plaats van vigabatrine uitermate beperkt (Gebu 2000; 34: 13-14).
Werkingsmechanisme. Het werkingsmechanisme van levetiracetam is niet exact bekend.
Farmacokinetiek. Na orale toediening wordt levetiracetam snel geabsorbeerd. De maximale plasmaconcentratie wordt na 1,3 uur bereikt. Voedsel heeft geen invloed op de absorptie. Levetiracetam wordt niet noemenswaardig aan plasma-eiwitten gebonden. Ongeveer 24% van een orale dosis wordt in verschillende weefsels en in het bloed gehydroliseerd tot een inactieve metaboliet. Cytochroom P-450-iso-enzymen in de lever zijn niet bij de afbraak van levetiracetam betrokken en worden evenmin door het middel geremd. Levetiracetam en zijn metaboliet worden via de nieren uitgescheiden. De uitscheidingshalveringstijd bedraagt bij gezonde volwassenen ongeveer zeven uur. Bij ouderen en patiënten met een verminderde nierfunctie dient de dosering te worden aangepast aan de hand van de creatinineklaring.
Klinisch onderzoek. De werkzaamheid van levetiracetam 2 dd 500, 1000 of 1500 mg, toegevoegd aan een bestaande behandeling met een of twee andere anti-epileptica, is in twee, 12 tot 14 weken durende, gerandomiseerde placebogecontroleerde onderzoeken bij in totaal 618 patiënten met partiële epilepsie onderzocht.2 3 Het percentage patiënten waarbij een reductie van 50% van het aantal aanvallen werd bereikt, bedroeg 17% in de met 1000 mg, 32% in de met 2000 mg en 40% in de met 3000 mg levetiracetam behandelde groepen. In de placebogroep was dit het geval bij ongeveer 10% van de patiënten. Een volledige onderdrukking van aanvallen werd slechts bij 2-8% van de met levetiracetam behandelde patiënten bereikt.
De werkzaamheid van levetiracetam als toevoeging aan een behandeling van partiële epilepsie is niet direct vergeleken met die van andere anti-epileptica.
Bijwerkingen. Veel voorkomende bijwerkingen (>10%) zijn asthenie en slaperigheid. Minder vaak (>1%) worden hoofdpijn, misselijkheid, dyspepsie, diarree, anorexie, amnesie, ataxie, duizeligheid, nervositeit, tremor, dubbelzien en huiduitslag als bijwerking gemeld.
Contra-indicaties en interacties. Het gebruik is gecontraïndiceerd bij overgevoeligheid voor levetiracetam of een van de hulpstoffen. Levetiracetam geeft geen interacties met andere anti-epileptica, zoals fenytoïne, carbamazepine, valproïnezuur, fenobarbital, lamotrigine, gabapentine en primidon, noch met orale anticonceptiva, digoxine en warfarine.
Zwangerschap en borstvoeding. Er zijn onvoldoende gegevens om de veiligheid van het gebruik van levetiracetam tijdens de zwangerschap en de lactatieperiode te kunnen beoordelen. Bij proefdieren wordt levetiracetam uitgescheiden in de moedermelk.
Plaatsbepaling
De behandeling van partiële epilepsieaanvallen kent een belangrijk aspect van 'trial and error'. Vanwege dit aspect, de naar het zich laat aanzien milde bijwerkingen en de afwezigheid van interacties, heeft levetiracetam mogelijk een toegevoegde waarde bij de behandeling van partiële epilepsie. Vergelijkend onderzoek met andere anti-epileptica is echter niet uitgevoerd, zodat geen uitspraken kunnen worden gedaan over verschillen in effectiviteit.
Literatuurreferenties
1. EPAR. www.eudra.org/humandocs/humans/epar/Keppra/Keppra.htm. Additionele informatie kan worden gevonden op www.cvz.nl/Downloads/Cfh/cfh-0106.htm.
2. Cereghino JJ, et al. Neurology 2000; 55: 236-242.
3. Shorvon SD, et al. Epilepsia 2000; 41: 1179-1186.