Van het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) kregen wij deze maand de volgende informatie over Nederlandse en Europese registraties.
Etanercept is een door middel van recombinant DNA-techniek verkregen fusie-eiwit van de humane tumornecrosefactor (TNF)-receptor en het Fc-domein van humaan IgG1. Etanercept bindt TNF-α, waardoor het biologisch effect van TNF-α wordt onderdrukt. TNF-α speelt een belangrijke rol bij het ontstekingsproces van reumatoïde artritis. Etanercept is geregistreerd voor de behandeling van volwassen patiënten met ernstige actieve reumatoïde artritis en kinderen van 4-17 jaar met actieve polyarticulaire chronische artritis (Gebu 2000; 34: 63-64) .1
Onlangs is de indicatieomschrijving voor volwassen patiënten met ernstige actieve reumatoïde artritis gewijzigd. Behalve bij 'de behandeling van volwassenen met actieve reumatoïde artritis indien de respons op ‘disease antirheumatic modifying drugs’ (DMARD’s), waaronder methotrexaat (tenzij gecontraïndiceerd), ontoereikend is gebleken', is etanercept nu ook geïndiceerd bij 'de behandeling van ernstige, actieve en progressieve reumatoïde artritis bij volwassenen die eerder niet behandeld zijn geweest met methotrexaat. In deze patiëntenpopulatie werd een afname van de snelheid van progressie van de gewrichtsbeschadiging, gemeten met röntgenfoto’s, aangetoond'.1
De wijziging ten opzichte van de eerder goedgekeurde omschrijving van de indicatie betreft in essentie de toevoeging dat etanercept ook werkzaam is bij patiënten die niet eerder behandeld zijn geweest met methotrexaat en dat in deze groep patiënten een afname van de snelheid van progressie van de gewrichtsbeschadiging is waargenomen.
De toekenning van deze uitbreiding van de indicatie is gebaseerd op de langetermijnresultaten (ong. 2 jaar) van een gerandomiseerd dubbelblind vergelijkend onderzoek bij 632 patiënten (met een ziekteduur <3 jaar).2 In dit onderzoek werden twee doseringen etanercept (10 of 25 mg tweemaal per week) vergeleken met methotrexaat (gem. 19 mg/week). De belangrijkste eindpunten van dit onderzoek waren klinische verbetering, gemeten met de American College of Rheumatology (ACR) respons criteria (de ACR-20), en de gewrichtsbeschadiging, gemeten met röntgenfoto's.
De klinische verbetering die werd waargenomen in dit onderzoek was vergelijkbaar met de resultaten van onderzoeken die hebben geleid tot de registratie van etanercept. Na 12 en 24 maanden behandeling werd in de groep patiënten die werd behandeld met etanercept 25 mg een significant betere erosiescore waargenomen dan in de groep die werd behandeld met methotrexaat. Het verschil in werkzaamheid tussen etanercept en methotrexaat wat betreft de versmalling van de gewrichtsspleet en de 'Total Sharp Score' (een samengestelde score voor erosies en versmalling van de gewrichtspleet) was niet statistisch significant. De dosis etanercept van 10 mg had een minder consistent effect op de gewrichtsschade dan de dosis van 25 mg.
Etanercept is bestemd voor subcutane toediening bij volwassenen en kinderen van 4-17 jaar. De aanbevolen aanvangsdosering bij volwassen patiënten met de hierboven omschreven indicaties bedraagt 25 mg tweemaal per week.
Literatuurreferenties
1. EPAR. www.eudra.org/humandocs/humans/epar/enbrel/enbrel.htm.
2. Bathon J.M. et al. A comparison of etanercept and methotrexate in patients with early rheumatoid arthritis. N Engl J Med 2000; 343:1586-1593.